Het eerste stadium

Patiënten die aan noma lijden, hebben meestal een verzwakt immuunsysteem als gevolg van eenzijdige voeding of ondervoeding. Ook infectieziekten zoals mazelen, malaria, rodehond en hersenvliesontsteking kunnen een rol spelen. De bacteriën kunnen zich daardoor tijdens het eerste stadium van de ziekte naar het mondslijmvlies en het neusholteslijmvlies verspreiden en daar ontstekingen veroorzaken.

In deze fase is de ziekte nog te behandelen met een mondspoeling en antibiotica. Hoewel noma een bacteriële ziekte is, zijn er geen gevallen van besmetting door overdracht bekend. Om de ziekte over te brengen, moet er intens speekselcontact tussen twee personen plaatsvinden. En dat komt zelden voor bij jonge kinderen. Daarom onderzoekt de ngo NOMA bij de uitbraak van een nieuw geval ook de kinderen in de omgeving om er zeker van te zijn dat de bacteriën zich niet vermenigvuldigen.

Bij 400 onderzochte gevallen is nog nooit een geval van besmetting via overdracht vastgesteld. In de toekomst zullen de onderzoeken vaak worden uitgevoerd om statistieken te kunnen opstellen.

Het eerste stadium

Het eerste stadium

Donaties:

ngo NOMA
BNP Paribas Fortis

IBAN: BE19 0017 2825 9912
BIC: GEBABEBB