Noma

De ziekte

Noma is een bacteriële ziekte die bijna uitsluitend ondervoede kinderen in ontwikkelingslanden treft. Deze ziekte begint meestal met abcessen ter hoogte van het wangslijmvlies en vernietigt het getroffen weefsel. Van daaruit tast noma ook de diepste weefsellagen (zoals het spierstelsel en de beenderen) aan en verspreidt de ziekte zich over het hele gezicht. Ze kan alle lichaamsfuncties treffen: eten, praten, voelen, zien en horen. Om de ziekte efficiënt te bestrijden, moeten de levensomstandigheden in ontwikkelingslanden verbeteren. De ziekte noma verspreidt zich namelijk door een ongezonde levenswijze en ondervoeding.

Deze ziekte is in een vroeg stadium behandelbaar met antibiotica. Als ze al is uitgebroken, zijn operaties nodig om de misvormingen en andere gevolgen (zoals een geblokkeerde kaak) te herstellen. Maar in ontwikkelingslanden zoals Niger behoren dergelijke ingrepen zelden tot de mogelijkheden.

De naam ‘noma’ is afkomstig van het Griekse woord ‘nomè’, dat letterlijk ‘verteren’ betekent. In deze context betekent de term dus zoveel als een ‘allesverterende tumor’. In ons land wordt ook vaak de benaming ‘wangenbrand’ gebruikt. Vóór de ontdekking van antibiotica leden zelfs in Europa mannen en vrouwen aan noma. De ziekte verspreidde zich ook in de concentratiekampen van de nazi’s.

In de landen die tegenwoordig door noma getroffen worden, zijn de patiënten doorgaans jonger dan zes jaar. Volwassenen krijgen zelden de ziekte, maar er zijn wel voorbeelden van vrouwen bij wie het immuunsysteem verzwakt was tijdens de zwangerschap. Aangezien kinderziekten zoals bof en mazelen noma uitlokken, zijn het vooral jonge kinderen die het meeste risico lopen. Kinderen ontwikkelen pas vanaf hun zesde een eigen weerstandsvermogen. Net die weerstand beschermt gezonde mensen tegen noma.

Donaties:

ngo NOMA
BNP Paribas Fortis

IBAN: BE19 0017 2825 9912
BIC: GEBABEBB